We hebben de vorige keer gekeken naar Ruth, de Moabitische, en de zegen die met haar naar Israël kwam. Nu zien we hoe haar achterachterkleinzoon, Salomo, de goden binnenhaalt die Ruth zelf had afgezworen. En ontrouw werd aan de God die zij zo trouw had gediend.

Wijsheid

Er is geen mens – uitgezonderd Jezus Christus – die zo wijs was als Salomo. Toen God vroeg wat Salomo van Hem verlangde, vroeg hij niet om rijkdom of een lang leven, maar om wijsheid om het volk te leiden. Dit was God aangenaam:

God zei tegen hem: Omdat u hierom gevraagd hebt, en niet gevraagd hebt om een lang leven voor uzelf; omdat u niet om rijkdom voor uzelf hebt gevraagd en niet om de dood van uw vijanden hebt gevraagd, maar om inzicht hebt gevraagd voor uzelf om naar rechtszaken te kunnen luisteren, zie, daarom doe Ik overeenkomstig uw woorden: zie, Ik geef u een wijs en verstandig hart, zodat uws gelijke er vóór u niet geweest is, en uws gelijke na u niet zal opstaan.1

Veel van deze wijsheid is opgetekend in de bijbel in de vele geschiedenissen rondom Salomo en zijn schrijf- en dichtkunsten. Daarvan wil ik er 1 uitlichten: Die van de koningin van Sjeba, ook wel de koningin van het Zuiden genoemd. Zij kwam naar Salomo om zijn wijsheid te beproeven.

Toen de koningin van Sjeba het gerucht over Salomo in verband met de Naam van de HEERE hoorde, kwam zij om hem met raadsels op de proef te stellen.2

Zij had gehoord over Salomo en zijn God, de Heere. Ze stelde hem op de proef om te zien of de verhalen over Salomo’s God en zijn wijsheid werkelijkheid waren. En dat was het geval. Ze was meer dan onder de indruk, ze was verpletterd.

Toen de koningin van Sjeba alle wijsheid van Salomo zag, en het huis dat hij had gebouwd, het voedsel op zijn tafel, hoe zijn dienaren aanzaten, hoe zijn bedienden klaarstonden, hun kleding, zijn schenkers, zijn brandoffers, die hij bracht in het huis van de HEERE, was zij buiten zichzelf.3

De Statenvertaling zegt: ‘zo was in haar geen geest meer’. Ze was niet alleen onder de indruk van zijn wijsheid, rijkdom, huisvesting en personeel. Zij was onder de indruk van de Godsdienst van Salomo, en zijn God.

Geloofd zij de HEERE, uw God, Die behagen in u heeft gehad, door u op de troon van Israël te zetten! Omdat de HEERE Israël voor eeuwig liefheeft, daarom heeft Hij u tot koning aangesteld, om recht en gerechtigheid te doen.4

Deze vrouw prees de Naam van God. Haar belijdenis is helder: Het is de Heere, die dit alles heeft gemaakt en gegeven. Van de wijsheid, tot de rijkdom, tot de Godsdienst, de aanbidding in Gods huis.

En toch…

Koning van Israël. Wijzer dan wie ook. Filosoof der filosofen. Lid van de kleine, uitverkoren club mensen die God heeft gebruikt om Zijn Woord, de bijbel te schrijven, door Zijn Geest. Hij, die in Hooglied de liefde tussen bruid en bruidegom op onnavolgbare wijze heeft beschreven door openbaring van Gods Geest. Hij, door God Zelf geliefd en gekozen. Hij… week toch af…

Koning Salomo had veel uitheemse vrouwen lief, en dat naast de dochter van de farao: Moabitische, Ammonitische, Edomitische, Sidonische, en Hethitische vrouwen, uit de volken waarvan de HEERE tegen de Israëlieten had gezegd: U mag niet naar hen toe gaan en zij mogen niet bij u komen. Zij zouden ongetwijfeld uw hart doen afwijken, achter hun goden aan. Aan hen hechtte Salomo zich in liefde.5

De rollen werden omgedraaid. Zeer tragisch. Nu was het Salomo die onder de indruk was van een koningin. Nou ja, een paar honderd dan. Hij had de vreemde vrouwen lief. Dat werd een valstrik voor hem.

Het was in de tijd van Salomo’s ouderdom dat zijn vrouwen zijn hart deden afwijken, achter andere goden aan, zodat zijn hart niet volkomen was met de HEERE, zijn God, zoals het hart van zijn vader David, want Salomo ging achter Astarte aan, de god van de Sidoniërs, en achter Milkom, de afschuwelijke afgod van de Ammonieten.6

Zoals in de koningin van Sjeba geen geest meer was, zo was in Salomo ook geen geest meer om God met een volkomen hart te dienen. Hij was met zijn hoofd in de wolken. De rookwolken van de Moabitische afgodenoffers.

Zo deed Salomo wat slecht was in de ogen van de HEERE: hij volhardde er niet in de HEERE na te volgen, zoals zijn vader David. Toen bouwde Salomo een offerhoogte voor Kamos, de afschuwelijke afgod van de Moabieten, op de berg die voor Jeruzalem ligt, en voor Molech, de afschuwelijke afgod van de Ammonieten.7

Hier komt Moab weer om de hoek kijken. Moab had blijkbaar mooie vrouwen te bieden. Salomo hield van hen en gaf ook hun goden een plaats van aanbidding. Hij draaide het ‘Uw God is mijn God’ van ‘oma Ruth’ andersom. Zij liet haar goden achter, Salomo gaf diezelfde goden een huis en een plaats van aanbidding. Omdat zijn vrouwen deze goden dienden. En instemmen met hen die kwade dingen doen terwijl je het recht van God kent is een ernstige zonde. (Romeinen 1:32)

Salomo’s hart week af. Hij, de Hooglied-liefdesexpert, verloor zijn hart aan liefde die eigenlijk geen liefde is. Hoe tragisch. Dat drukt ons maar weer eens met de neus op de feiten. Hoge bomen vangen veel wind en wie meent te staan…

Salomo was de vredevorst. En daarmee een type van de ware Vredevorst die zou komen, Christus Jezus. Het hart van die Koning wijkt nooit af. Kent geen verborgen liefdes. Zijn verlangen gaat slechts uit naar 1 vrouw: Zijn bruid. En Hij heeft slechts 1 offerhoogte gebouwd in Zijn leven: Die van Golgotha waar Hij Zelf als het volmaakte Lam is geofferd.

De bijbelteksten in deze blog zijn ontleend aan de bijbel in de Herziene Statenvertaling
1. 1 Koningen 3:11-12
2. 1 Koningen 10:1
3. 1 Koningen 10:4-5
4. 1 Koningen 10:9
5. 1 Koningen 11:1-2
6. 1 Koningen 11:4-5
7. 1 Koningen 11:6-7

Heb je een verzoek of wens voor een bepaald onderwerp, voor een van de volgende blogs? Laat het weten via ons contactformulier.